KOLKMAN
Steele an de Ruhr, Dordrecht

I. Willem Kolkman, overl. voor 1832, tr. Anna Catharina Smitanbosche (Anna Maria Smitanbosse), geb. 1725 (107 jaar in 1832), overl. Steele an de Ruhr na 1832/voor 1844.
NB.
- De ondergeteekende betuigt, zoo voor zich als voor zijne Broeders en Zusters, bij deze opregten dank aan Vrienden en bekenden, die hen hunnen deelneming hebben betoond in het zeldzaam voorrregt dat hunne Moeder ANNA MARIA SMITANBOSSE., Weduwe van wijlen hunnen Vader W. Kolkman, op heden haar 108ste jaar is ingetreden, in het volkomen genot van alle hare geestvermogens en ligchaams krachten.
     Dordrecht den 16 mei 1832 F. Kolkman
[http://files.archieven.nl/46/f/569.38/Dordrechtse_Courant_1832-05-17_002.pdf]

Kinderen:
1. Frederik Kolkman, geb. Steele an de Ruhr 1764, volgt II.

II. Frederik Kolkman, geb. Steele an de Ruhr 1764 (80 in 1844), geboren te Steele bij Wezel wonende aan den Bleijenhoek (1806), hoefsmid (1813), overl. Dordrecht 28-9-1844 (C239 Bleijenhoek; 80 jaar), tr. (1) Maria Christine Doormans, otr/tr. (2) Dordrecht 8/22-11-1806 Anne Margaretha Hekkerman, j.d. geboren te Wettelaar bij Dusseldorp wonende in de Wijnstraat bij de Nieuwbrug meerderjarig (1806), overl. voor 1844.
NB.
- otr. Dordrecht 8-11-1806 (tr 22/11) Fredrik Kolkman wedn Maria Christine Doormans geboren te Steele bij Wezel wonende aan den Bleijenhoek
met Anna Margareta Hekkermans, j.d. geboren te Wettelaar bij Dusseldorp wonende in de Wijnstraat bij de Nieuwbrug meerderjarig;
- Datering 12-02-1813 Soort akte overdracht
Koper fredrik kolkman Beroep hoefsmid
Verkoper ferdinand kortman Beroep hoefsmid
Folionummer 6 Aktenummer 5 Opmerking wijk b 278
Archiefnummer 34 Registers van eigendomsovergang Inventarisnummer 2
- datering 12-02-1813 Soort akte overdracht
Koper fredrik kolkman, hoefsmid
Verkoper ferdinand kortman, hoefsmid
straatnaam kuipershaven
Folionummer 6 Aktenummer 5
Bijzonderheden wijk b 278
Archiefnummer 34 Registers van eigendomsovergang Inventarisnummer 2
- Datering 25-11-1818 Soort akte overdracht
Koper johanna comijn, particulier
Verkoper fredrik kolkman, smid
Straatnaam palingstraat
Folionummer 82 Aktenummer 5
Bijzonderheden het betreft twee panden: wijk b 109, b 113
Archiefnummer 34 Registers van eigendomsovergang Inventarisnummer 7

- Op de vraag van de Commissie van wegens de Munisipalieteit over het werk der vernietigde gilden of Commissarissen geen swarigheid maaken den t zig aangevende Burgers met Naamen Antonie DE ROO, Henk. WIENHOOVEN, N. BURGERS en Fredrik KOLKMAN, het slootmaken te ackorderen.
Commissarissen de Eer hebben te Berigten dat hun Lieden wegens het zedelijk gedrag van die Burgers niets bekend is waarom het hun zonde behooren te worden gewijgert, dog dat er tegelijk Burgers zig onder bevinden die voor zoo ver hun bekend is de vereijschte kundigheden mankeeren om die afeeren naa behooren te egerseeren en dus volgens hun voorkomen door de Munisipalieteit eene Recommandatie behoorden te hebben om het hun toevertrouwde werk naa behoorend te doen vervaardigen op dat daar door geen hinder aan de Eijgendommen onzer medeburgers worden toegebracht.
Wijders moeten commissarissen onder uw oog brengen dat de volgende, burgers niet hebben voldaan aan de Publicatie van het uijtvoerend bewind in dato 5 Octob 1798 en zig zonder aangeven hebben nedergezet.
   Hk. T. van de ROER op Slijkveld als smit en slootemaker
   Jan - BOGERS in het Tolbrugstratie als smit
   Ariaan STRUIJK in de Gravestraat als koperslager
   .... DROST in de Vlijshouderss(r)taat - koperslager

Heijl & agting uijt naam van Commissaris
P. Ad. de Haas, secretaris
- (6-6-1798) Aan de Munisiepalietijt der Stad Dordrecht en Merweede (Gevaerts)
geven te kennen ondergeteekende dekenen van het voormalig SMEEDEN GILDE.
Dat hun lieden gesien hebbende de Publiecatie van het uijtvoerend bewind in de vernietiging der gilden volgens de Staatsregeling worde in werking gebragt dog dat bij de Respectieve Munisiepalitijten zal worden aangestelt een Commissie om te waaken tegen de verwarringen door het vernitiegen der gilden voortkomende het hun lieden is voorgekoomen zig te moeten wenden tot hunnen bestuurders en versoeke te moogen weeten hoe zig te gedraagen wegens de keuren en Publiecatien hun gewese gilde Subject als daar zijn onder andere de Publiecatien door gepleegde dieverije gebooren in dato 25 Meij 1746 en amplicatie op de zelve 16 Novemb 1775 tegen het maeken conterfijten en verkoopen van oude of niewe SLEUTELS door tagerijnen en grofsmeeden en waar in dekenen gelast werde eens of meermalen ter maand viesietatie te doen - terwijl de Meesters slootmakers in handen van den Hoofdoffiesier moesten afleggen een Eed en verpligting zoo sterk dat meer dan een geaarseld heeft den zelve gaaf te doen uijt vreese buijten staat te zijn die letterlijk te zullen kunnen nakomen en welke inrigtingen van Een goed gevolg zijn geweest.
Hier zijn het niet alleen verwarringen Burgers bestuurders! maar de vernitiging deser wetten Raakt de publieke vijligheijd goederen en besittingen onder medeburgers. En daar zijn nog meer artiekelen welke huns insiens de grootste verwarringen moeten naa zig sleepen - de onder geteekende vanden het billijk dat in Eene Republiec, ijder geetablieseert en zig ter woon neder zettende Burger op Eene ten Zijnen Keusen Eerelijke wijs zijn brood mag winnen, deese draagen met hunne Medeburgers den kosten en schraagen de behoeftens van den Staat.
maar zij versoeken uw oog te willen wenden op de Zedert het aanneemen der Staatsreegeling, menigten van vreemdelingen als daar zijn bij voorbeeld Ketelappers, schaarslijpers - koffiemoolescherpers enz, die aan de deuren onser mede Burgers het werk oploopen op straat en weegen zitten werken en daar door onse behoeftiege in gesetenen op eene ongehoorde wijse benaadelen en het brood uijt de mond nemen - En zijn dit dit Kunstenaaren? Neen Burgers bestuurders het zijn zoo niet alle dog verre het grootste gedeelte Lieden die door haare onkunde en slegt werk de menschen bedriegen die daar Politiek gedrag met stilswijgen voor bij gaande - in de behoeften van on slanf niets draagen en met ons geld naa hun land terug keeren.
Is dit Billijk? Kan en moeten tegen zulke verwarringe, en benaadelingen aan ingesete en het land schragende Burgers door de bestuurder van een vrij volk geene voorsieninge geschieden om den totaalen ondergang van geheele Huijshoudens voortekoomen.
Zie daar Burgers bestuurders de taak die ons was opgelegt onder uwen aandagt gebragt - wij versoeken bij Extrakt Resolutie hoe ons met meergemelde publiecatie en viesietatien te gedraagen, terwijl wij op het overig gedeelte van ons versoek verhoope eene spoedige en gelukkiege disposietie.
Uwe persoonen en delieberatien beveelende in s Hemels bescherming hebben wij de Eer met alle gevoelend van agting en Heilwens te zijn
Uwlieder medeburgers
Dekenen van het voormalig Smeedegilde
   Willem de Visser
   Jacobus Scholting
   Abraham van Kamen
   P.A. de Haas
.
- [5-12-1798] Aan de Municpalitijt der Stat Dordrecht en de Merwede.
Geeven met gepasten Eerbied te kennen de ondergetekende provisioneele commissarissen vant geweezen Smeede gilde Binnen Dordrecht.
Dat na ingevolge de Publicatie vant uitvoerend Bewind en uw lieder vergadering voldaan hebbende int overneemen van Effecten Boeken Chartres & Papieren hun gild concenteerende en uw van Schriftelijk Opgaan gedaan hebbende ook van hun in gemelde publicatie geijst wordt, onder uw Lieder toevverlegt te waaken en te Zorgen dat Inmiddels en Hangende de deliberatien van t vertegenwoordigend Lichaam over Nelangrijke Zaak, de plavcaaten ordonnantoen & keuren voor Zo verre zij tot een goede Politie Betrekking Hebben, ter vermijding van alle wanorders Stiptelijk worden naagekoomen zo lange hier in bij 't t vertegenwoordigend Lichaam algemeen zal zijn voorzien.
Zo vind in de ondergetekende Zig verpligt uw in deeze de zwarigheijd .......................................................etc
    Willem de Visser
   Jacobus Scholting
   Abraham van Kamen
   P.A. de Haas
.
- (16-2-1803) Berigt gedaan maaken, en aan de kamer ten Beleiden van de Zaken der Stad Dordrecht en de Merwede overgegeven door Commissarissen van het geweezene Schrijnwerkers en draaijersgilde.
De Commissarissen van het geweezene Schrijnwerkers en draaijersgilde, in wiens handen door de afgetreedene Municipaliteit aangesteld, zeker verzoek door Jan TEERLINGH gedaan, om als Schrijnwerker te worden geadmitteerd, terwijl een gelijk zoortig verzoek waar deze kamer door Johannis de KONING gedaan, bij appointement van den 14 dezer, ten fine van bericht mede in hunne handen is gesteld geworde, hebben de Eer ter voldoening aan de rerespecteerde beveelen dezer kamer te doen opmerken.
Dat hoe zeer ook alle GILDEN binnen dese Republicq zijn vernietigt, men nogtans nimmer de rechte of eijgendommen dier Gilden heeft miskent, nog de zelver wetten of keuren doen ophouden, maar dat men integendeel al omme Commissarissen heeft benoemdt en aangesteld om voor het recht en eijgendom van dezelve Corporatie te waken, het zelve te beheeren en alle bewinden en directie daar over te voeren, terwijl men zelven in de aanzienlijke Stad van Amsterdam wets nu wederom negonnen is, om aan die Corporatien wederom eenige Consistentie ten aanzien van derdens buiten dezelve, te geven tot dat hier in nader van wegens de Hoge oneenigheid zal zijn voorzien.
Dat de waarheid hier van zoals dezelven een .............................etc.
Commissarissen van het gewezen Schrijnwerkers en draaijers Gilde voorn(oem)t
   J. van Efferen
   Johannis Minnigh
   Gerrit de Visser
   H. Hartman
.
- (20-8-1804) Aan de Kamer ten beleide der Stad Dordrecht en van de Merwede.
Geeve met verschuldige eerbied te kennen de Commissarissen van de Confrerije deze Warmoesiers zoo binnen als onder deze Stad Dordrecht.
Dat zij Suplianten in hunnen zo even genoemde qualiteit, zich verplicht en genoodzaakt zien deze kamer te adieeren, en kortelijk openteleggen.
Dat ofschoon ook bij aan ampliatie resolutie van mijn Heeren van den Gerechten dezer Stad, de dato 21 Septemb 1751 is gestatueerd, dat 't de respective GILDEBROEDERS ofte ZUSTERS van de Confrerije van de Warmoesiers, en geene andere gepermitteerd zal zijn en vrijstaan, omme dagelijks EENS, zonder MEER, van de aardappelen, op hun warmoesiersland geteeld of gekweekt, tot een halve ton toe, 't zij in mandjes of anderzints op den twee publieke GROENMARKT, daar toe gedestineerd, te koop te mogen stellen en presenteeren; op pane dat die geene, dewelke meer dan eens daagsch eenige aardappelen zal hebben in deze stad gebracht, en te koop gepresenteerd, ofte anderzints eenige meerdere qualiteit dan voors staat, te gelijk te koop zal hebben gesteld, telkens en voor ijdere reijse in beijde de voorsz gevallen zal verbeuren dezelve aardappelen, ten behoeven van het Weeshuis deezer stad etc; dat, ofschoon ook dit voorenstaande bij bovenstaande ampliatie resolutie is gestatueerd, zig echter veele persoonen die opgezetene van PAPENDRECHT en ZWIJNDRECHT zijn, niet otnzien, en zig durven verstouten, om met verachting van evengemelde resolutien, den geheele dag met aardappelen ze met mandjes als anderzints langs de straten dezere stad te lopen, en dezelve den geheele dag door te veilen; zonder dat de Suplianten in hunne bovengemelde qualiteit, hier tegen naar vereisch kunnen waaken, vooral daar derzelver getal zoo verbazend groot is, en nog van tijd tot tijd zo sterk toeneemt, dat zij met geene mogelijkheid kunnen opnemen, noch naauwkeurig te weten komen, hoe veele te zijn; het geen bijzondere het welk zij vertrouwen, dat deeze kamer met hun penetreeten zal, hun waaken tegens dezelve allermoeijelijkst maakt, buiten en behalven zig zommige dezer persoonen, wanneer de.................etc
  J. van de Ven
  Isak Roobol
  K. van Wingerde
  C. B...(?)
.
- [13-8-1804] Aan de Kamer ten beleijde der stad Dordrecht en van de Merwede.
Gevene Eerbiedig te kennen de ondergeteekenden, alle Inwoonderen van PAPENDRECHT en gilde broeders of Zusteren, van het geweezen groengilde binnen deze Stad Dordrecht.
Dat zijlieden, en hunnen Praedecesseuren, in die hoedanigheid, altoos geconsidereert zijnde, als Inwoners dezer Stad, voor zoo veel hun Lidmaatschap, van het zelve gilde, betrof, zedert onheugelijke tijden en meer dan een Eeuw, bij gelegentheijd, dat zij dagelijsk hunne MELK, ter deezer Steede, aan de huijsen rondbragten, tevens de GROENTENS, op hunne Landen waaschende, zoo van ERTEN, BOONEN, AARDAPPELEN, KOOLEN diergelijke, welke hun wierden bestelt, met hunne melk aan hunne Calanten hebben thuijs gebragt, zonder dat zij immer, zelft niet doen de gilden en uijtsluijtende Breoderschappen, welke nu, ingevolgen het vierde articul der Jongste Staats Regeling, zijn afgeschaft, nog in wezen en volle werking waaren, daar in direct nog indirect, zijn verhindert nog belt.
Dan dat het des niet tegenstaande, aan Commissarissen van dat geweezen GROENGILDE, heeft kunnen gelusten, om, schoon geheel wederregtelijk, op fundament quasie van een aan hun niet Concernerend Articul in de keuren van het zelve GROENGILDE, hun te laten Interdiceeren, om voortaan de aan hun bestelde groenten en Aardappelen, bij hunne Calanten [klanten] te mogen brengen, met ordre tevens, dat zij, de van hun, in de Stad gebregt werdende Aardappelen, opde GROENMARKT en die meer dan een halve zak bedragende, op de AARDAPPELMARKT moesten brengen en die aldaar verkoper.
Dat alwaaren zij gehouden, des neen, aan deze ordre of Interdictie te voldoen, zij daar toe volstrekt berigten Raat zouden weezen, alzoo zij ter verkoop der door hun dagelijks in de Stad gebragt werdende MELK, den geheelen Morgen, aan de Huijzen van hunnen Calanten, moeten rond gaan, en mitsdien met geen mogelijkheit, of op de groen of Aardappelmarkten hunnne komen, en daar ook niets te verkoopen zouden hebben dewijl de door hun in de Stad, benevens hunne melk gebragt, werdende groentens en aardappelen, aan hun als gezegd, bevorens zijn besteld, en alleen aan de kopers of bestelders worden thuijs gebragt.
Dat zij intusschen zeer toevallig zijn geinformeert, dat Commissarissen aan deeze kamer, of wel aan den Raad der Stad Dordrecht en van de Merwede zig voornemsn waaren te addreseeren, met verzoek, dat ingevolgen, dit door hun gedane Interdictie, de Supplianten wierden belet, om voortaan hunne groentens en Aardappelen in de Stad, en bij hunne Calanten, ten mogen brengen.
Dat hoe zeer zij hun volkomen verzekert..........................etc
Arie Matena, Bastiaan Boer, Jan Dekker, W. Dekker, Arie Ooms, Filip Verdooren, Arij van der Tak, dit merk is van Cornelis Visser, Jan Dekker, Joris Dekker, Cornelis van der Tak, Jan Dekker, dit merk is van Cornelis Vink, Adriaan Hofwegen, Pieter Hofwegen, Mees Visser, Jan Verheul, Maaken de Borst, Huijbert Verkeuijk, dit merk is van Teunis Mije, Jakobus Bot, Art Schorteldoek, Cornelis Kraal, Arie Dekker, Adrianus Klijhoof, Arie Munt, Cornelis van Dalen, Paulus Hartkoorn, Willem de Heer, dit merk is van D. van Uitert, Jacob van Wingaarde, Klaas de Heer, Cornelis Verheul, Otto Hello, Joost de Heer, Jasper Stekelbos, Hendrik de Heer, Hermen Vermeulen, Arriaandje van Dalen, Jan Otto, Antje Kouman, Willem van Wijngaarden, Cornelis Verdoorn, Cornelis van Dalen, Wijnant van Dalen, Pieter Plomp, W. Plomp, Jan Naderon, Pieter Smits, Cornelis van den Heuvel, Dirk de Heer, Jan van der Heuvel, dit merk is van Klaas Liefholland, Willem de Heer, Bastiaan de Heer, Jan van Dalen, Arij Jacobse van Dalen, Willem van Dalen junior, Aart Dekker Joost Hofwegen, Gijsbert Besemer, Teunis Dubbeldam, Johannes Sillekes;
- Aan de Commissie tot de Gilde Laken
Mijne Heeren
De Provisionele Commissarissen van het geweesene Nieuwe Schoenmakers gilde hebbe de eed op het hier bij weder teruggaande request van Joost BONTEN en anderen bij deze te berichten.
Dat het hun Commissarissen is voorgekoomen dat het voor het gewesene Nieuw Schoenmakersgilde alles heilzaam zoude wesen, dat alle het buiten dese Stad gemaakte schoenmakerswerk konde worde geweerdt doch daar het schijnt dat de daaertoe voorhande zijnde keuren...etc.............etc.
- [13-2-1805] schoenmakersbaazen.................etc
Herm.s Tophoven; Johannis Oosthuijs; Cornelis Oudemans; Abram Guldemond; Lucas Vonk; Jan Smit; Jan van Scheers; W. de Vries; H. Huijsman; M. Karsdorp; M. Bemolt; Jan Vos; Martens de Lang; Swerus Bouman; Marinus van Esch; Hendrik van den Kaa; Abram Bonten; Johannus Besteman; Hendrik Broers; Pieter de Leeuw; Ad Verheul; Dirk Papenhuijzen; W. Kruijsselberg; A. de Visser; Frans v.d. Elst; Casper Sel; H. Keemenaar; J. Hulst; Johs. Sterkman; Jacob van Ouwerschie; Pieter ..we; Hendrik Koene; Sijbrand Kila; Coonnilsius; Boommus; Dirk Botbijl; Johannes Wensch; Martinus Sanders; Maarten Lipjes; dit is het merk van Pieter Gips; Daniel de Meij; H. Bonte;
[BRON: SA Dordrecht 4-379 brieven gilden 1798-1805]

Kinderen eerste huwelijk:
1. Joanna Catharina, ged. Dordrecht (RK) 16-7-1791.
2. Maria Catharina, ged. Dordrecht (RK) 13-2-1793, tr. Dordrecht 3-8-1831 Theodorus de Bont, geb. Dordrecht (62 in 1831).
3. Anna Catharina, ged. Dordrecht (RK) 20-2-1795.
4. Joannes Caspar, ged. Dordrecht (RK) 18-1-1797.
5. Jan Willem, ged. Dordrecht (RK) 14-3-1799, volgt III.
6. Maria Christina, ged. Dordrecht (RK) 18-6-1802.
7. Maria Catharina, ged. Dordrecht (RK) 20-2-1804.
Kinderen tweede huwelijk:
1. Petrus, ged. Dordrecht (RK) 10-11-1807.
2. Joanna Frederica, ged. Dordrecht (RK) 28-5-1810.

III. Jan Willem Kolkman, ged. Dordrecht (RK) 14-3-1799, tr. Dordrecht 16-4-1823 Clara Boudier, geb. Dordrecht (41 in 1823), dochter van Joannes Boudier en Anna van Hoek.
Kinderen:
1. Joannes Frederikus Kolkman, tr. Dordrecht 3-11-1847 Elisabeth Masion, dochter van Maximiliaan Joseph Masion en Paulina van Raamsdonk.

(c) Dordrecht Evd juni 2009.